Maastricht 043 - 321 59 29 | Heerlen 045 - 571 39 33

Medio september 2020 heeft ons kabinet bij de Tweede Kamer het pakket Belastingplan 2021 ingediend. In dit pakket staan maatregelen om de economische groei in de Corona-crisis te stimuleren en maatregelen die tot een beter, eerlijker en groener belastingstelsel moeten leiden. Daartoe heeft het kabinet 8 wetsvoorstellen ingediend. Op 12 november 2020 heeft de Tweede Kamer deze wetsvoorstellen na aanvaarding van een aantal amendementen aangenomen.

Onderstaand treft u een selectie van de voorgestelde maatregelen aan.

Ondernemingen

De eerder aangekondigde verlaging van de vennootschapsbelasting over winsten in de 2de schijf van 25% naar 21,7% wordt geschrapt. Het tarief blijft dus 25%. Voor belastingplichtigen met een winst tot EUR 245.000 gaat het tarief wel omlaag van 16,5% naar 15%.

Ook wordt een in tijd onbeperkte voorwaartse verliesverrekening voorgesteld, terwijl dat nu nog 6 jaar voorwaarts is. Daarbij zijn zowel voorwaartse als achterwaartse verliezen slechts tot een bedrag van EUR 1 miljoen aan belastbare winst volledig verrekenbaar.

Vorig jaar is al beslist dat de zelfstandigenaftrek voor ondernemers in de inkomstenbelasting vanaf 2020 stapsgewijs wordt verlaagd naar EUR 5.000 in 2028. Deze afbouw wordt nu versneld. Vanaf 2021 wordt de huidige zelfstandigenaftrek jaarlijks met EUR 360 verlaagd, in 2028 met EUR 390 en daarna met EUR 110 per jaar tot EUR 3.240 in 2036. De reden voor de verlaging is het verkleinen van de fiscale verschillen tussen zelfstandigen (zzp-ers) en werknemers.

Vastgoed en overdrachtsbelasting

Niet het type vastgoed (bijvoorbeeld een woning of bedrijfsvastgoed) is van belang, maar wel wie de koper is.

Starters tussen de 18 en 35 jaar die zelf in een woning gaan wonen (de koopstarter) krijgen een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting. Maar vanaf 1 april 2021 geldt voor koopstarters wel dat de te verkrijgen woning een waarde heeft van maximaal de woningwaardegrens, die dan naar verwachting EUR 400.000 bedraagt. Doorstromers en mensen vanaf 35 jaar die zelf een woning gaan bewonen betalen 2% overdrachtsbelasting en kopers van bedrijfsvastgoed en woningen, waarbij de koper niet zelf in de gekochte woning gaat wonen, betalen 8% overdrachtsbelasting.

Het lage 2% tarief is dus bijvoorbeeld niet meer van toepassing ingeval van koop van een vakantiewoning of woningen die als kantoor worden gebruikt.

De (vermogende) particulier

Iemand die een belang van minimaal 5% in een besloten vennootschap heeft, heeft een aanmerkelijk belang en moet bij inkomsten uit dat aanmerkelijk belang in 2021 26,9% inkomstenbelasting (box 2) betalen. Dat tarief was jarenlang 25%.

Ook als een aanmerkelijk belang-houder bij zijn eigen vennootschap geld leent, ligt een fiscale heffing op de loer. In een wetsvoorstel van 17 juni 2020 wordt voorgesteld om bij excessief lenen, dat wil zeggen bij meer dan EUR 500.000, het meerdere te belasten als inkomen uit aanmerkelijk belang. Eigen woningschulden worden uitgezonderd. Deze maatregel gaat voor het eerst gelden in 2023.

Wel wordt de belastingdruk op kleinere vermogens verzacht. In de vermogens-rendementsheffing in box 3 van de inkomstenbelasting wordt het heffingsvrije vermogen verhoogd van EUR 30.846 naar EUR 50.000 en voor partners van EUR 61.692 naar EUR 100.000. Wel stijgt het tarief van 30% naar 31%. Het gevolg is dat mensen met een vermogen tot ongeveer EUR 220.000 er per saldo op vooruit zullen gaan. Bedraagt het vermogen meer dan EUR 220.000, dan gaan mensen er per saldo op achteruit.