Particulieren die niet handelen in beroep of bedrijf (deze worden consumenten genoemd) genieten veel wettelijke bescherming. Deze wettelijke bescherming wordt al jarenlang steeds hoger. Het begon met voornamelijk bescherming tegen oneerlijke bedingen, maar inmiddels gelden er meer eisen. Zo zijn er ook informatieplichten waaraan een verkoper of dienstverlener moet voldoen als deze handelt met een consument.
Consumenten moeten – voordat het contract wordt afgesloten – op meerdere zaken worden gewezen. Deze informatieplicht ziet op onder meer (1) de prijs van het product of de dienst, (2) de identiteit van de onderneming die het product of de dienst zal leveren, (3) de prijs van de dienst en/of het product, (4) het bestaan van een eventueel herroepingsrecht en de manier waarop dat kan worden uitgeoefend, etc. Deze plichten gelden voornamelijk bij handelen buiten een verkoopruimte, bijvoorbeeld via een webshop.
Veel verkopers en dienstverleners poogden aan deze plicht te voldoen, door de informatie op te nemen in de algemene voorwaarden en deze bij de consument digitaal te laten accorderen middels het aanvinken van een daarvoor bestemd vakje. Door het Europese Hof van Justitie is inmiddels bepaald dat deze wijze van informeren geoorloofd is. Handelaren en dienstverleners kunnen dus via hun algemene voorwaarden de consument informeren. Er geldt echter wel een ‘maar’. De te geven informatie moet voor de consument voldoende duidelijk en begrijpelijk zijn. De exacte formulering van de algemene voorwaarden is dus erg belangrijk bij de vraag of aan deze eis is voldaan.
De gevolgen zijn groot als niet de juiste informatie wordt verstrekt. Dan is de consument namelijk niet gebonden aan de overeenkomst.