Het bestuursrecht bevat in de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb) diverse bepalingen die overmacht regelen. Een belangrijke daarvan is dat de termijn voor het geven van een beschikking wordt opgeschort zolang het bestuur door overmacht niet in staat is een beschikking te geven. In geval van overmacht deelt het bestuur zo spoedig mogelijk aan de aanvrager mee dat de termijn is opgeschort, alsmede binnen welke termijn de beschikking wel tegemoet kan worden gezien. In oude uitspraken heeft de bestuursrechter overigens geoordeeld dat structurele ziekte geen overmacht oplevert, maar ik verwacht dat de bestuursrechter in de Corona-crisis anders zal oordelen.
Op de tweede plaats speelt de overmacht een rol bij de vraag of handhaving van overtredingen mogelijk is . Als een overtreder ten gevolge van de crisis het niet in zijn macht heeft de overtreding te beëindigen dan is handhaving (door middel van een dwangsom of door middel van bestuursdwang) niet mogelijk. Er is dan geen overtreder in de zin van artikel 5:1 Awb Ook is handhaving niet mogelijk indien de overtreder handelt conform de maatregelen die de overheid heeft genomen.
Als laatste noem ik de regel (artikel 5:34 Awb) dat als toch een dwangsom is opgelegd de overtreder kan verzoeken de dwangsom op te heffen of te verminderen in geval van onmogelijkheid vanwege de crisis aan zijn verplichtingen te voldoen.